Chamula

Vandaag maken we een excursie naar Chamula, een dorp waar Tzotzil-indianen wonen. Daarna bezoeken we het Indianendorp Zinacantán. 

Om half zeven hoor ik al schoten en dat gaat met enige tussenpozen door tot een uur of negen. Verder hoor je nog amper verkeer op straat. Om kwart voor negen zijn we klaar voor onze excursie. We hoeven alleen nog te ontbijten, maar dat doen we op weg naar het boekingsbureau. Eerst kiezen we iets uit bij de bakker om de hoek en eten dat op een bankje op het plein op. Maar dit is van volkoren bladerdeeg en is erg droog. Michiel houdt het na een half broodje voor gezien. In de supermarkt halen we wat lekkere broodjes. We lopen even terug maar het park om deze lekkernij op te eten. Het is nog heerlijk rustig en de temperatuur is aangenaam. De zon schijnt al volop, maar het is nog niet te warm.

Om kwart over negen gaan we richting het boekingsbureau. Het meisje van dat bureau komt even later aangelopen. Ze wijst aan met welke auto dat we gaan, maar dat we nog zo'n tien minuten moeten wachten. Zelf loopt ze zenuwachtig de straat op en neer en praat door haar walkie talkie. Het is al ruim half tien geweest als er nog een aantal mensen aan komt lopen van een ander bureau. Wij stappen achter in de grote 8-persoons auto en er gaan nog een paar mensen in een gereedstaande taxi. De auto ziet er nog erg goed uit en we zitten er prima in. We rijden de stad uit en om tien uur rijden we Chamula binnen.

In dit dorp wonen Tzotzil-indianen. Net buiten het centrum parkeren we. We lopen achter Viky, onze gids, aan. En blijven buiten wachten als zij in het toeristen-informatiekantoor kaartjes voor de kerk en het museum gaat halen. Als ze een paar minuten later terugkomt, vertelt ze dat het museum vandaag gesloten is. We lopen een stukje over de markt om bij het kerkplein te komen. Viky vertelt dat we op het kerkplein wel mogen fotograferen, maar in de kerk is het verboden. Buiten de kerk vertelt ze in het Engels het een en ander over het dorp, de indianen die er wonen, iets over hun geloof en over de cultuur en de geschiedenis. Daarna hebben we twintig minuten de tijd om rond te kijken en te fotograferen, want nu vertelt ze hetzelfde in het Spaans.

Als ze klaar is met vertellen, gaan we de kerk binnen. En wat we daar allemaal zagen is bijna niet te beschrijven. We krijgen zo'n tien minuten de tijd om rond te kijken, daarna gaat ze het een en ander toelichten. In de kerk staan geen banken; alle gelovigen zitten geknield op de vloer die bedekt is met gras. Iedere familie heeft een eigen plekje op de kerkvloer, dat zij afbakenen met kaarsen. De blauw betegelde vloer is bezaaid met honderden kaarsen. Langs beide zijden van de kerk staan allerlei gekleurde houten kasten, waarin achter glas beelden van heiligen staan. Voor deze kasten staan in allerlei formaten tafels , waarop kaarsen in grote glazen branden. Op elke tafel staat een plaatje met de naam van de heilige. Het geeft een sprookjesachtige aanblik, maar we zien toch wel enig gevaar. Het is behoorlijk druk in de kerk. We banen ons een weg naar voren en moeten goed opletten dat we nergens tegenaan stoten of gras in de buurt van de kaarsjes schuiven. Overal op de grond zitten mensen en kinderen met kaarsjes, eieren, flesjes Coca Cola en soms zelfs met kippen.

Onze gids vertelt dat de kaarsjes op de grond altijd netjes in rijtjes staan. Elk rijtje heeft z'n eigen betekenis; zo verwijst er een rijtje naar voedsel en een rijtje naar familieleden. Ook worden er verschillende kleuren kaarsjes gebruikt. De meeste kaarsen in de kerk zijn wit, maar bij sommige mensen zie je ook een heel rijtje gekleurde kaarsen staan. Elke kleur verwijst weer naar iets anders; zo verwijst blauw naar de god van de regen. De rituelen in de kerk hebben een heidens karakter en bestaan veelal uit bezweringen en geestverdrijvingen. Voor echte hulp huren de indianen een soort gebedsgenezer of medicijnman. Deze leidt een ceremonie, waarvoor flink betaald moet worden. Een kip wordt ter plekke geofferd door de nek om te draaien; thuis wordt de kip gekookt en opgegeten. Coca Cola wordt geofferd, omdat daarmee een stukje slecht van je zelf naar buiten komt door middel van het boeren. Eieren worden geofferd en daarna thuis kapot gemaakt en in water gegooid.

Als Michiel midden op de markt staat om te filmen, lijkt er een ware volkstoeloop te ontstaan. Alle mannen haasten zich weg van de markt en verzamelen zich op een pleintje. Als we even later aan Viky vragen wat er aan de hand is, vertelt ze dat er een bijeenkomst van alle mannen is. Dat doen ze bijvoorbeeld om bepaalde problemen op te lossen. We lopen het centrum uit en volgen de straat die flink omhoog loopt. Vlak voordat we het dorp uitlopen, gaan we linksaf. Honderd meter verder ligt het kerkhof rondom een oude vervallen kerk. In de verte zien we dat er net een begrafenis aan de gang is. Viky vertelt dat er verschillende soorten kerkhoven zijn. Op dit kerkhof liggen voornamelijk graven waarbij een kruis geplaatst is. Soms staat er een kleine steen en alleen bij arme mensen staat er niets bij een graf. Ook vertelt ze dat de kleur van het kruis aangeeft op welke leeftijd de overledene gestorven is. Bruine kruizen voor mensen ouder dan 40 jaar, blauwe kruizen voor vrouwen tussen de 15 en 40 en groene kruizen voor mannen van die leeftijd. De witte kruizen zijn voor kinderen.

Dan is het tijd om naar Zinacantán te rijden, dit is ook een dorp van Tzotzil-indianen. Aan het begin van het dorp bij een kerk worden de auto's geparkeerd. Viky vertelt iets over het dorp en over de verschillen met Chamula. De mensen in dit dorp zijn veel vriendelijker en zijn veel katholieker. Ze gaan bijvoorbeeld uit van de Bijbel, terwijl de inwoners van Chamula doen alsof de Bijbel niet bestaat. Vandaag zijn er weinig mensen in dit dorp, omdat er veel naar de markt in Chamula zijn om daar hun spullen te verkopen. De overige dagen gaan ze naar de markt van San Cristóbal. Toen we zojuist op de weg naar Zinacantán, het dorp onder ons zagen liggen, zagen we veel kassen rondom het dorp. Hierin worden bloemen geteeld, die op de markt verkocht worden. We stappen weer in de auto en worden naar het huis van een plaatselijke familie gebracht.

We moeten even wachten en dan mogen we de keuken in. Aan de ene kant staat een tafel met banken, waarop we gaan zitten. Aan de andere kant zijn een paar vrouwen bezig met het maken van verse tortilla's. Ze nemen zittend op de grond wat deeg, dat ze op een klein krukje leggen en maken er een kleine, ronde pannenkoek van. Deze leggen ze op een grote, ronde schaal, die op een houtveer staat. Zodra de tortilla zichzelf opblaast, wordt deze van het vuur gehaald. We mogen de zojuist gebakken tortilla's proeven. Viky vertelt ondertussen waar ze van gemaakt worden; naast gele en witte maïs, is er ook rode en zwarte maïs. Tevens laat ze ons de plaatselijke drank proeven. Na deze lekkernij kijken we even rond bij de uitgestalde handwerken; kleden, blouses, jurken, enz. Een vrouw laat zien hoe het weven in z'n werk gaat.

Daarna gaan we een ander huisje binnen en vertelt Viky bij de tentoongestelde kleding, wat het voorstelt en wanneer het gedragen wordt. Zo hangt er een bloes van zwarte schapenvacht, die door belangrijke mannen gedragen wordt. Verder hangt er ook een huwelijkskleed. Van de hoeden met linten vertelt ze, dat de lengte van de linten aangeeft of iemand getrouwd is of niet. We bekijken alles op ons gemak en dan is het al weer tijd om terug te rijden naar San Cristóbal. We worden daar om precies twee uur aan de rand van het park afgezet.

We lopen eerst terug naar ons hotel om een korte broek aan te trekken, want het is lekker warm met af en toe een licht briesje. Er is nog één kerk, waar ik graag even een kijkje wil nemen. Deze kerk ligt aan het einde van de Av. De Guadalupe op een heuveltje. De weg er naar toe valt ons tegen; vals plat omhoog en als we er bijna zijn gaat het flink omhoog. We zijn blij als we tegen drieën boven staan. Het is zowel van binnen als van buiten een mooie kerk. Binnen staan er heel veel mooie bloemstukken. Op ons gemak wandelen we terug richting het centrum. Zo omlaag lopend gaat een stuk sneller.

 

We vinden dat we nu wel iets te drinken verdiend hebben en gelukkig is er nog een plaatsje op het terras in het park. Als we zo'n drie kwartier hebben gezeten, lopen we op ons gemak de winkelstraat nog eens door en bezoeken we de markt aan het einde van de straat. We filmen er wat en kijken hoe de mensen onderhandelen. Dan weer op ons gemak terug naar het hotel. Waar Michiel aan siësta doet en ik het reisverslag bijwerk. Tegen zessen gaan we nog even een ommetje maken en genieten op het plein voor de kathedraal van de laatste zonnestralen. Als de zon weg is, koelt het snel af en lopen we terug en kleden we ons om.

Om half acht lopen we het centrum weer in en kijken we of er nog plaats is om te eten op het adres waar we de eerste avond gegeten hebben. Gelukkig zijn we op tijd en is er tussen alle gereserveerde tafels nog een plekje voor ons vrij. We nemen allebei het menu. Michiel begint met een salade en ik krijg uiensoep. Daarna krijg ik een kipgerecht en Michiel lam in kerriesaus. Als nagerecht krijgen we koffie en thee met gebak. We hebben weer heerlijk gegeten en lopen door het donkere San Cristóbal terug naar het hotel, door het volle park en over het nog drukke plein. In de serre bestelt Michiel een Bloody Mary, nadat hij gisteren ook afgesloten heeft met een cocktail.

0 km