Op weg richting Chiapa de Corzo passeren we een bergpas, waarvan we schitterend uitzicht hebben. Vanuit Ciapa de Corzo maken we een boottocht naar de Sumidero-kloof.
Net als de vorige dagen horen we schoten vroeg in de ochtend, komt de auto met gasflessen langs en hoor je langzaam het leven opstarten. Om kwart voor negen zijn we aangekleed en hebben we ook alle tassen weer ingepakt. We laten alles nog even op de kamer staan en halen het na het ontbijt op. We lopen naar de bakker en kiezen daar een paar lekkere broodjes uit.
Als we terug op het plein voor de kathedraal komen, horen we tromgeroffel en trompetten. We steken het plein over en zien achter het stadhuis een militaire band staan. Deze blijven een tijdje spelen en dan wordt er iets gezegd. We hopen dat er nu iets met de vlag gaat gebeuren, die één van de militairen vasthoudt, maar er begint een ander bandje vrolijk er op los te spelen. We zoeken een plekje om te zitten en nuttigen in de zon ons ontbijt.
Daarna halen we onze spullen op in het hotel en laden we de auto vol. Tegen half tien rijden we weg. Als we de hoek om zijn, staan we achter een vrachtauto, waar in de laadbak wel een stuk of tien militairen zitten. Het is op deze hoek duidelijk aflossing van de wacht. Zonder problemen vinden we de hoofdweg terug en we rijden richting Tuxtla. We zien lange tijd geen bordjes richting Chiapa de Corzo, maar we zitten goed. Een paar kilometer buiten San Cristóbal begint de bergpas. Ruim een uur rijden we over een goede weg die helemaal tussen de bergen door slingert. Geen stukje rechte weg; de ene bocht volgt de andere op. We rijden door het Mesera Central de Chiapas. Dit maakt deel uit van het Sierra Madra de Chiapas. We hebben fantastisch uitzicht over de toppen en dalen; alles is zo mooi groen. Op het eerste stuk zien we nog veel bloemenkassen, daarna wordt er weer veel maïs en bonen geteeld.
Opeens hebben we uitzicht op een klein meertje en Michiel kan hier naast de weg stil staan, zodat we er een plaatje van kunnen maken. Als we denken dat we er bijna zijn, krijgen we de afslag naar Villahermosa. We hebben nog een aardig stukje te gaan en moeten nog honderden meters omlaag, want Chiapa de Corzo ligt slechts op 450 meter hoogte. Tegen elf uur zijn we in het dal aangekomen en rijden we het stadje binnen. En nu wordt het zoeken, want we hebben naast de naam van het hotel alleen een adres. Geen plaatje, geen routebeschrijving en geen plattegrond in één van onze boeken. Na ongeveer tien minuten zoeken rijden we aan de andere kant het dorp weer uit. We draaien om en even later ziet Michiel een groot bord van ons hotel. Hij kijkt even of het hotel ook bij dit bord is, maar dat is niet het geval. Vlak daarna zien we nog een kleiner bord en we hebben nu het idee dat we het wel gaan vinden. Als we op een pleintje aankomen, zien we een verwijzing dat we rechtsaf moeten, dit blijkt de juiste straat te zijn, maar we mogen deze straat vanaf deze kant niet inrijden. We nemen de volgende straat en zorgen dat we in de juiste straat komen.
Daar parkeren we onze auto en gaan te voet op onderzoek uit. Helemaal aan het eind van de straat ligt ons hotel. Het is ondertussen al wel half twaalf. We checken in en een jongen brengt ons naar onze kamer. We lopen achter de receptie weer naar buiten, langs het zwembad en volgen het pad door de tuin. Achter in de tuin staat een gebouw met twee etages, waarin bijna veertig kamers zijn. Wij hebben een kamer aan het eind van de galerij met uitzicht op de tuin. We kijken aan beide kanten van het hotel waar we onze auto het beste kunnen neerzetten. We lopen naar de auto terug en rijden richting het hotel. Bij gebrek aan een echte parkeerplaats parkeert Michiel de auto voor het hotel. We nemen onze bagage mee naar de kamer en kleden ons om. Het is hier weer behoorlijk warm en we moeten er onze kleding op aanpassen.
Om kwart over twaalf lopen we naar het dorp op zoek naar de haven. Als we de plattegrond bekijken, blijkt het erg dichtbij te liggen. Bij een balie in de haven kopen we kaartjes voor een boottocht door de Sumidero-kloof. Als we vragen hoe laat we vertrekken, kunnen we gelijk meelopen. Het valt ons wel op dat bijna niemand Engels verstaat of spreekt, dat is soms erg onhandig. We krijgen een zwemvest aangereikt en doen dat aan, daarna mogen we in de boot stappen. Het is tien over half één als we vertrekken. We zitten met een man of veertien in de boot en vertrekken met een behoorlijke snelheid. Al snel gaan we onder een hele hoge brug door en worden de bergen aan beide kanten van het water hoger en steiler. Na een kwartier varen gaan we de Sumidero-kloof binnen. Deze kloof is veertien kilometer lang en werd in de loop van miljoenen jaren uitgesleten door de Grijalva-rivier. Deze rivier loopt van Guatemala naar de Golf van Mexico. Aan beide kanten torenen de rotsen hoog boven ons uit.
Af en toe houdt de schipper stil om iets (in het Spaans) te vertellen of de gelegenheid te geven om te fotograferen. Op een gegeven moment legt hij de boot een stuk uit de kant stil. Uit zijn relaas maken we op dat hier krokodillen zitten. En ja hoor, daar zien we er eentje bewegen. We varen verder en komen bij een waterval, waar we onderdoor varen. Vlak ernaast ligt een boot, waarop een vrouw gekoelde dranken verkoopt. Ook bij het punt waar de rotsen het hoogst zijn, stoppen we even. De rotswand is op dit punt 1000 meter hoog. Onderweg komen we veel reigers, ijsvogels, pelikanen en allerlei grote zwarte vogels tegen. Als we een stuk verder zijn, worden de rotsen weer lager en komen we op een groot meer uit. Aan het eind van dit meer is een stuwdam. We hebben nu ruim veertig kilometer gevaren. Als we helemaal bij de dam geweest zijn, begint onze tocht terug.
We zijn nu al ruim een uur onder weg. Ongeveer halverwege houdt de schipper nog eens stil en wijst het oerwoud in. Na even zoeken hebben we ze gevonden; we zien twee apen door de bomen slingeren. We zien onderweg veel pelikanen, die naar vis duiken. Het is drie uur als we de haven van Chiapa de Corzo binnenvaren. Als we aan land stappen, zoeken we eerst een restaurantje aan het water op. Met uitzicht op de rivier drinken we iets verkoelends. Het weer is nog steeds prima, hoewel er wel wat meer wolken te zien zijn.
Na de drank, lopen we langs de kerk en rond het dorpsplein en daarna de zijstraat in naar het hotel. Het is ondertussen vier uur. We zetten twee stoeltjes, die op de galerij staan, voor onze kamer neer en zetten het krukje uit onze kamer er als tafeltje bij. Met limonade, bier, chips en dipsaus kunnen we het hier nog wel even uithouden. Tegen vijven trekt de lucht dicht en begint het te donderen. Even later komt er een stortbui naar beneden zetten. Deze houdt slechts tien minuten aan en brengt ons helaas geen afkoeling. Eén van de jongens van het hotel komt naar ons toe en zegt iets in het Spaans. Gelukkig maakt hij er een "stuur"-beweging bij, zodat we begrijpen dat het iets met de auto is. Michiel loopt met hem en verzet de auto naar een veldje tegenover het hotel.
Tegen zessen begint het opnieuw te onweren en regenen, maar nu niet zo hard als een uur geleden. Ondertussen zien we ook weer blauwe lucht aankomen. Niet veel later is het al weer helemaal opgeklaard. Tegen achten gaan we op zoek naar een restaurant, want de eetzaal van ons hotel ziet er niet zo aantrekkelijk uit. We lopen verschillende straatjes door, maar alles is gesloten. Als laatste proberen we dan maar aan de haven, maar ook daar is het helemaal donker. Het enige dat geopend is, is de pizzeria tegenover de kerk. We gaan binnen zitten, omdat ze buiten alleen plastic tafels hebben. Als we de kaart gezien hebben, bestellen we allebei een lasagne. Het duurt behoorlijk lang voor we iets krijgen, dat kan alleen maar een goed teken zijn. De lasagne die we opgediend krijgen is gloeiend heet, maar wel erg lekker. Het is al na negenen als we teruglopen. Het dorp is uitgestorven; er zijn hier amper toeristen. In ons hotel hebben ze vanavond twee volle bussen gebracht; deze mensen zitten nu in de eetzaal en worden geëntertaind met muziek en dans. Vanavond geen puzzels voor Michiel, want we hebben kabeltelevisie en een heleboel zenders.
76 km