We lopen vandaag door een smal dal. We komen veel soldaten tegen en moeten onderweg geruime tijd wachten, omdat delen van de bergen met dynamiet tot ontploffing worden gebracht.
De wekker loopt om kwart over zes af. Het inpakken van de spullen gaat al weer beter dan gisteren en we zitten om kwart voor zeven klaar voor het ontbijt. We hebben allebei een pannenkoek besteld en nog een portie omelet met Tibetaans brood. De pannenkoek is een stuk dikker dan gisteren; we leggen een stevige bodem.
Om half acht lopen we aan. We dalen snel af richting de rivier en steken de rivier over. De hangbrug is erg groot en wiebelt flink. We volgen een stukje de weg die ze aan het aanleggen zijn. Opeens houdt deze op en moeten we over een smal zandpaadje steil de helling op. De gids vertelt dat de aangelegde weg door de bliksem weggeslagen is. Een stukje verderop ligt Jagat; een dorpje op 1300 meter. We nemen hier even pauze en drinken thee. We lopen over glooiend terrein, terwijl een eind beneden ons de rivier raast. We gaan nog eventjes een pittig stukje tegen de bergwand omhoog en rusten vlak erna vijf minuten uit bij een theehuis.
We vervolgen onze weg en zien aan de andere kant weer een schitterende waterval. We lopen vandaag weer de hele dag in een smal dal dat beneden zo breed is als de rivier. Onderweg komen we groep van wel 25 soldaten tegen. Tegen elven zijn we in Chamje op bijna 1400 meter hoogte. We bestellen een bananenpannenkoek, die zo dik is dat we er wel weer een paar uur op kunnen lopen. Gelukkig kunnen we lekker in de schaduw zitten, want het zonnetje schijnt vandaag weer volop.
Om kwart over twaalf lopen we verder. We zakken een stukje af naar de rivier en steken deze over. De hangbrug is erg lang en het water stroomt er snel onderdoor. Een stukje verder moeten we langs een enorm rotsblok. Als ik aan de andere kant kom, zie ik vier soldaten en een groep van wel 30 mensen. De meeste mensen hebben we het afgelopen uur langs zien komen, toen we op het terras zaten te eten. Er klinkt een harde knal. Al vrij snel blijkt dat we hier nog minimaal een uur moeten wachten. Aan de andere kant van het water zijn ze met dynamiet delen van de berg aan het verwijderen om de weg verder te laten lopen. Uiteindelijk zitten we ruim anderhalf uur in de zon, terwijl er meerdere keren dynamiet tot ontploffing wordt gebracht. Elke keer zien we een stuk verderop grote stofwolken.
Er komen steeds meer mensen aanlopen. Als tegen half drie een harde knal klimt wordt er gejuicht en staan overal mensen op. Er zijn twee groepen met paarden die voorop gaan; de rest volgt in de karavaan. In de loop van de tijd verspreidt het zich en lopen we weer alleen met onze gids. Een heel stuk gaat het over een smal pad langs een diepe afgrond. We krijgen een pas in zicht en hebben een half uur nodig om boven te komen.
We zien aan de andere kant van het water dikke rookwolken; een deel van de begroeiing staat in brand. Tussen de soldaten lopen we de pas omhoog. Helemaal boven zijn we bij de militaire basis aangekomen en hebben we uitzicht over een schitterende vallei. We gaan nu het Manang district binnen. Een groep militairen ligt achter het prikkeldraad naar de langskomende mensen te kijken. Eentje vraagt waar we vandaan komen.
We hebben nu uitzicht op het dorpje Tal, waar we overnachten. We lopen over een smal paadje langs het water en dwars door het dorp. Een stukje verder ligt Paradise hotel, waar we om half vijf aankomen. In de tuin drinken we een pot thee leeg. Omdat het dal zo smal is, is de zon al even achter de toppen verdwenen. We nemen allebei een douche om al het zand en zweet te verwijderen. Gelukkig warm water, maar wel een heel dun straaltje. We bestellen het avondeten en zien dat de brand aan het eind van het dal nu wel heel duidelijk te zien is. Een rij vlammen van onder aan de rivier recht naar boven naar de top veroorzaakt de nodige rookontwikkeling.