We maken vandaag een rondrit door het Voensai district. We maken een boottocht, bezoeken een eiland en maken een korte wandeling om het kratermeer Yeak La.
Vannacht heeft het flink geregend en de temperatuur is ook gezakt. Ik ben zelfs wakker geworden, omdat ik het koud had. De ventilator in de nok van het dak draait z'n rondjes om de eventuele muggen op afstand te houden. Maar deze zorgt voor zo veel afkoeling dat alleen een lakentje niet voldoende is. Misschien is het nog best warm, maar vergeleken met de vorige dagen voelt het fris aan. We zijn er al voor zeven uur uit; we komen hier wel aan onze rust toe. In het restaurant kiezen we van de kaart wat we willen hebben als ontbijt. Michiel neemt een pancake met chocola en ik neem stokbrood met omelet. We moeten er even op wachten, maar dan krijg je een heerlijk ontbijt. We krijgen ook nog een fruitsalade, dus we kunnen er wel weer even tegen aan. Om vijf voor acht komt onze gids aanlopen. We zijn klaar met ontbijten, maar moeten onze spullen nog even halen. De trapjes zijn erg glibberig vanwege de regenval en ik ga bijna onderuit. Om acht uur maken we kennis met Pros, onze lokale gids die vandaag mee gaat. We stappen de jeep in en zetten koers richting de rivier. Al vrij snel gaan we de geasfalteerde weg af en rijden we over een rode zandweg. Vanwege de regen is het soms modderig. Na een kilometer of elf rijden komen we bij een dorpje aan waar we een kwartiertje de auto uit gaan. De gids vertelt iets over de traditionele bouw. Hij heeft foto's bij zich die iemand van een van zijn eerdere tours gemaakt heeft. Terwijl hij deze in het dorp uitdeelt, hebben we alle tijd om zelf wat rond te kijken. Het is bijna kwart voor negen als we weer instappen, een klein stukje terug rijden en daarna weer richting de rivier verder gaan. Onderweg zien we nogal wat militairen die aan de kant van de weg aan het werk zijn. De gids vertelt dat ze deze weg ook willen gaan verbreden en asfalteren. De militairen maken nu eerst aan beide kanten vijf tot tien meter vrij van begroeiing. Op de plekken waar ze bezig zijn, zijn ook allemaal rode bordjes geplaatst met een dood hoofd er op en de tekst "danger mines". Ze zijn hier ook op zoek naar de landmijnen. Om half tien hebben we de rivier bereikt en kunnen we de jeep uit. We hebben nu 38 kilometer gereden. We gaan een trap af stijl naar beneden, waar een boot voor ons klaar ligt. We gaan op de reddingsvesten zitten en de motor wordt gestart. We varen eerst 8 kilometer tegen de stroom in. Daar doen we ongeveer een half uur over. We steken eerst de rivier over en gaan aan de andere kant een paar meter uit de kust varen. Niet veel later raken we de bodem. De gids en de stuurman gaan uit de boot en trekken hem los. Het is hier nog maar twintig centimeter diep. Door het vele zand in het water, heeft de rivier een bruine kleur en kunnen we de bodem niet zien. We varen om de zandbank heen en kunnen verder. Gelukkig is het wat bewolkt en zitten we niet vol in de zon op het water. De temperatuur is overigens weer heerlijk en loopt zelfs verder op. Bij het dorpje waar we aan land gaan, vaart de stuurman de boot in het zand en we kunnen er vrij makkelijk uit. Een aantal kinderen is hier flessen aan het schoonspoelen met zuiver water dat hier uit de grond komt. Wel open door naar boven, het dorp Koh Peak in. De gids geeft ons een rondleiding. Door de regen van afgelopen nacht is het er soms flink modderig. We lopen aan de andere kant van het dorp de rijstvelden op. Over de smalle paadjes banen we ons een weg, totdat we bij een veld staan waarop rijst gepland wordt. We kijken even, maken we wat foto's en zoeken daarna een goede weg terug naar het dorp. Als laatste bezoeken we het kerkhof. We moeten hiervoor een stukje het bos in. We komen bij een graf van iemand die niet zo lang geleden overleden is. Ze houden een graf hier een jaar in ere en daarna laten ze het aan de natuur over. Na anderhalf uur stappen we weer terug op de boot richting de jeep. Omdat we nu stroomafwaarts varen gaat het iets sneller. We bereiken een snelheid van ongeveer 22 kilometer per uur. We doen er bijna een uur over om terug te rijden naar Ban Lung. De weg is ondertussen wel opgedroogd, maar er liggen hier en daar nog flinke kuilen vol met water. We worden om kwart voor een bij Gecko restaurant afgezet, waar we kunnen lunchen. We bestellen allebei gebakken noodles. En ook hier smaken die prima. Drie kwartier later worden we hier weer opgehaald. We rijden vijf kilometer naar het kratermeer Yeak La om. We maken een wandeling van bijna vier kilometer om het meer. We lopen steeds vlak langs het water. De kraterrand is sterk begroeid, daardoor lopen we geregeld in de schaduw. Gelukkig maar, want het is ondertussen flink warm geworden. Onderweg komen we een groepje scholieren tegen, die als opdracht voor Engels hebben gekregen om bij toeristen een kort interview af te nemen. Natuurlijk doen we daar aan mee en na een paar vragen lopen we verder. Na een uurtje lopen, staan we weer bij de aanlegsteiger waar we gestart zijn. Hier is ook de mogelijkheid om te zwemmen, maar wij zitten even aan het water waarna we ons weer terug af laten zetten bij de lodge. We zetten onze spullen in ons huisje en gaan dan even op pad om een bus chips te kopen. Als we terug komen nemen we wat koude drankjes mee en gaan we lekker terug naar ons eigen terras. Daar is het met de huidige temperatuur en een lekkere versnapering wel uit te houden.