We rijden vanuit het Chobe Nantionaal Park door een afwisselend landschap naar Moremi Nationaal Park. Onderweg komen we verschillende keren vast te zitten in het mulle zand. In de loop van de middag bereiken we de campsite en hebben we weer een schitterend plekje langs de rivier.
We zijn er vanochtend rond de klok van zeven uur uit. Het zonnetje begint niet veel later al op het tentje te schijnen. We kunnen weer heerlijk in de zon ontbijten. De temperatuur is ook al aangenaam. Iets na acht uur klappen we het tentje dicht en rijden we richting de uitgang. We melden ons af en vertrekken richting het zuiden. Onderweg zien we wat impala's, kalkoenen, bosvarkens en een buffel. We houden eerst nog de weg richting de rock paintings aan. Ter plekke kunnen we even de auto uit. We lopen een klein stukje omhoog over de rotsblokken. Nog voordat we de cache gevonden hebben, zien we een rotsschildering van twee hertjes. Na de cache gevonden te hebben, stappen we in de auto en rijden we om de heuvel heen. In de buurt van een supergrote baobabboom is nog een cache verstopt. We maken hier ook wat mooie foto's van het landschap. Daarna volgen we de weg richting Mababe. We zien een olifant en even later ziet Michiel nog net een luipaard van de weg de berm inspringen. Als we ter plekke komen, zien we nog wel de voetsporen op de weg, maar helaas van het luipaard niets meer te zien. We rijden van een vlakte met veel struiken een meer bosachtig gebied in. Iets na tienen wordt het pad zanderiger en opeens zitten we weer vast. De auto gaat geen kant meer op. Dat wordt dus weer graven en graven. Na ruim een half uur pakken we zelfs de speciale krik erbij om de auto te liften. Net als we die onder de auto hebben staan, komen er vier auto's aangereden. Drie ervan komen uit Namibië en zien gelijk dat de bandenspanning te hoog is. Voor we het weten, zijn er allerlei mensen bezig met onze auto. Niet veel later gaat een vrouw achter het stuur zitten. Een paar man duwt een stukje en de auto rijdt daarna vlot weg. We bedanken de mensen en rijden verder, terwijl zij de Botswaan, die op het andere spoor vastzit, ook nog helpen. We rijden nog een heel stuk door het mulle zand, maar het gaat nu een stuk beter. We zien weinig dieren, terwijl we in de reisbeschrijving hadden staan dat het vandaag de hele dag een echte gamedrive zou zijn. We komen nu opeens wel een aantal tegenliggers tegen en het is niet altijd even makkelijk om een geschikt plekje in de berm te vinden. Een stuk verderop komen we op een gigantische open vlakte. Zo ver als je kijken kan alleen maar geel gras en hier en daar een boom. We zien nu enkele giraffen, wat varkens, een struisvogel en een paar gnoes. Om één uur zijn we bij de Mababe Gate, de uitgang van Chobe NP. We hebben er nu 67 kilometer opzitten. We rijden een paar kilometer over een gigantische slingerweg die ook nog vol met kuilen zit. Het is behoorlijk slalommen tussen de bomen door. Daarna draaien we een bredere weg op, die ook weer een stuk harder is. We besluiten de banden een stukje op te pompen met de compressor. Die vindt dat het na een half uur genoeg is en we moeten het er dus mee doen. Het rijdt al wel een stuk prettiger met wat hardere banden. Ruim vijfentwintig kilometer rijden we over deze verharde weg. Onderweg zien we nog wat olifanten en een grijsbok. We draaien weer een zandweg op, steken een nieuwe brug over en hebben aan beide kanten fraai uitzicht over het water. Het is nog een stukje hobbelen over de zanderige weg, maar dan komt de gate in zicht. We moeten eerst nog een houten brug over. Er kan maar één auto tegelijk oversteken. Na 107 kilometer rijden staan we bij de ingang van het Moremi NP en kunnen we gelijk inchecken voor de campsite. Het is even zoeken naar het juiste plekje, maar na even draaien en keren, staan we er. Het is precies drie uur. Het is een mooi plekje aan de rand van het water gebied en met uitzicht op de brug waar we net overheen gereden zijn. We zetten de stoeltjes in de zon en nemen eerst iets fris te drinken. We bekijken de kaart en zoeken uit in welke richting we nog op gamedrive gaan. Om kwart voor vier gaan we nog weg voor een ritje van ruim een uur. We zien een aantal olifanten, natuurlijk impala's, een paar kudu's en twee waterbokken. We rijden een schitterende route, over een echte 4x4-weg. Eerst gaan we door meer bosachtig gebied en later rijden we over de open grasvlakte. We hebben uiteindelijk 26 kilometer gereden door mooi gebied, maar helaas niet zo veel wild gezien. Als we terug zijn op de camping, zien we vanaf ons plekje een krokodil liggen. Niet veel later komt er een kleine hippo langs zwemmen. We zetten het tentje op, terwijl de apen in de grote boom vruchten naar beneden blijven gooien. Michiel maakt het vuur alvast aan en dat helpt, want even later zijn de apen vertrokken. We horen nog meer hippo's en ik loop naar de brug om te kijken of ik ze vanaf daar kan zien. Alleen de oortjes steken af en toe boven water uit. Verder zie ik bij de ondergaande zon nog wel een olifant en wat impala's lopen. Ik loop over de brug terug naar de ingang van de camping. Ik word gewaarschuwd dat er een luipaard in de buurt van de camping gesignaleerd is. Bij de auto aangekomen, maken we nog wat foto's van de ondergaande zon en we beginnen als het donker is met de maaltijd. Ondertussen horen we een hippo vlak langs ons plekje door het bos lopen op weg naar een andere kampeerplek. Een andere hippo laat in het water nog regelmatig van zich horen. Na de afwas zitten we nog even bij het vuurtje, voordat we de tent weer inklimmen.